Geïnterneerd: cel of zorg?

De voorbije 2 jaren heeft de Liga voor de Mensenrechten (LvM) intensief gewerkt rond het campagne thema internering. De reden hiervoor is dat gestreden wordt voor recht op behandeling. Bij een derde van de geïnterneerden namelijk zij die in de gevangenis verblijven wordt dat recht geschonden!


In december 2012 zijn er ruim 1000 geïnterneerden in de gevangenis waar ze niet de gepaste behandeling en begeleiding krijgen die ze hard nodig hebben. Nochtans schrijft de wet van 12 januari 2005 betreffende de interne rechtspositie van gedetineerden voor dat gezondheidszorg gelijkwaardig moet zijn aan die in de vrije samenleving en dat deze aangepast moet zijn aan zijn specifieke noden (art. 88 Basiswet)
Op 21 april 2007 werd een interneringswet goedgekeurd die de wet van 1964 betreffende de bescherming van de maatschappij tegen abnormalen en gewoontemisdadigers moet vervangen. De interneringswet moet zorgen voor een professionalisering van de internerings-
procedure in België. Zo wordt het deskundigenverslag verplicht en zouden alleen geaccrediteerde experten psychiatrisch onderzoek mogen doen en nemen de strafuitvoeringsrechtbanken (SURB) de taken over van de Commissies ter Bescherming van de maatschappij (CBM), tot op heden is deze wet nog steeds niet in werking getreden. Een nieuwe deadline is 1 januari 2013 maar na herhaaldelijk uitstel zal deze interneringswet waarschijnlijk ook dan niet in werking treden. Oorzaak is onder meer dat een reeks uitvoeringsbesluiten nog steeds niet klaar zijn (bevestigd kabinet van de min. van Justitie).
De verantwoordelijke politici willen aantonen dat internering wel degelijk op de agenda staat en verwijzen naar de oprichting van de befaamde Forensisch Psychiatrische Centra (FPC) die worden gebouwd en mogelijks vanaf 2014 plaats moet bieden aan 450 geïnterneerden. Hetgeen nog niet de helft is van de huidige populatie van geïnterneerden in de gevangenis. Er is bovendien nog steeds geen akkoord over wie deze centra zal beheren en uitbaten; Justitie of Volksgezondheid? Volgens de LvM moeten geïnterneerden onder de gedeelde bevoegdheid van beide overheidsdiensten vallen.
In het kader van haar campagnethema rond internering bracht de LvM een boek uit, Geïnterneerd: cel of zorg?. Via dit boek krijgen geïnterneerden een stem. Het is geen boek met juridische termen of grote belofte, maar wel één met een creatieve inslag. Op die manier zijn geïnterneerden niet langer een cijfer in een vergeten tabel maar krijgen ze opnieuw een gezicht en een verhaal. De toekomst ziet er niet rooskleurig uit en de rechten van de geïnterneerden lijken geen hoge prioriteit voor de beleidsmakers. De LvM wil deze situatie drastisch veranderd zien. Daarom werd een manifest opgesteld met 12 standpunten.

Het manifest benadrukt het recht op behandeling voor geïnterneerden en het gebrek daarin binnen de gevangenismuren. De overbevolking maakt van deze groep delinquenten een mikpunt van spot en mishandelingen. Zeker voor de mantaal gehandicapten onder hen, die zich het minst van al kunnen verweren. Deze mensen horen thuis binnen de gehandicaptenzorg. De instroom moet worden ingedijkt door van de interneringsmaatregel een uitzondering te maken en geen regel voor een bepaalde categorie van misdrijven. Daarnaast moeten de voorwaarden niet meteen terug in de gevangenis worden opgesloten.

De LvM eist dat alle bepalingen betreffende de in observatiestelling van geïnterneerden binnen de gevangenis geschrapt moeten worden uit de wet van 2007. Zo zullen geïnterneerden niet langer in de gevangenis wachten op de aanduiding door de CBM van de inrichting waar ze verblijven.
De nieuwe wet van 21 april 2007 schaft de CBM af en zo ook de functie van de psychiater die op de zittingen aanwezig is. De opvolging van de internering valt nu onder bevoegdheid van de SURB. Gelet op de specifieke situatie van geïnterneerden en het grote verschil met gedetineerden is de LvM ervan overtuigd dat een psychiater verplicht aanwezig dient te zijn.

Het is van groot belang dat de capaciteit van de zorgteams binnen de gevangenis wordt vergroot. De beoogde gelijkwaardigheid tussen de gezondheidszorg binnen en buiten de gevangenis wordt absoluut niet bereikt. Ook een verruiming van de capaciteit binnen de IBM (Inrichting ter Bescherming van de Maatschappij) en een uitbreiding van het personeel dringen zich op. Ook het bestaande personeel dient zich bij te scholen. De vraag naar verzorgers is zeer groot terwijl het aanbod bijzonder klein is, de LvM juicht initiatieven zoals de vorming van Forensische Gedragswetenschappen aan de RU Gent en het keuzetraject "Justitie en geestelijke gezondheid" voor studenten maatschappelijk werk toe.

Naar analogie met de uitspraak van 2 okt. 2012 door het Europese Hof voor de Rechten van de Mens (EHRM) waarbij de Belgische Staat aan schadevergoeding van 24.000 euro moet betalen aan een geïnterneerde omdat hij jarenlang in de gevangenis verbleef, terwijl talloze rapporten duidelijk stelden dat hij daar niet thuis hoorde, ijvert de LvM voor een automatische schadevergoeding voor elke geïnterneerde die langer dan 6 maanden in de gevangenis zit.

Ook alle sectoren van de geestelijke gezondheidszorg moete en aangemoedigd worden om geïnterneerden vallen. Volgens de LvM moeten deze mensen onder de gedeelde bevoegdheid van Justitie en Volksgezondheid vallen. Daarbij staat Justitie in voor de bewaking en de veiligheid en Volksgezondheid zorgt voor de geestelijke gezondheidszorg van haar patiënten. Het bestaande samenwerkingsakkoord tussen beide diensten betreffende de begeleiding en behandeling van seksuele delinquenten moet worden verbreed naar geïnterneerden in het algemeen.

De oprichting van de FPC in Antwerpen en Gent is voor de LvM een opluchting. Desalniette-
min is de discussie rond de uitbesteding nog lopende en is er nood aan de uitwerking van een forensisch psychiatrisch zorgcircuit met oog voor residentiële forensische behandelafdelingen voor kort of langdurig verblijf met zowel therapeutisch als rehabiliterend karakter, psychiatrische zorg in thuissituatie en ambulante begeleiding.

De doelstelling van de nieuwe wet van 21 april 2007 is tweeërlei. Enerzijds de bescherming van de maatschappij en anderzijds een aangepaste begeleiding van de geïnterneerde met het oog op zijn reïntergratie in de maatschappij. De wet lijkt voorrang te geven aan de eerste doelstelling. Om het therapeutische traject van de geïnterneerde niet in conflict te laten komen
met de rigiditeit van de regelgeving zal een letterlijke opname van de bijkomende uitvoeringsmodaliteiten soelaas bieden.
Naast het manifest en de publicatie van het boek is de LvM deze zomer de straat opgetrokken. Mensen werden aangezet om in te checken in een gevangenis in naam van een geïnterneerde. Onder de noemer "check in to check out" zijn honderden virtuele handtekeningen verzameld, die later zullen worden overhandigd aan betreffende ministers.

Sinds de veroordeling van de Belgische staat door EHRM is de media-aandacht rond de problematiek bijzonder groot en is internering weer een hotitem geworden in de pers. Al jarenlang wordt België door verschillende internationale instantie op de vingers getikt voor het gebrek aan aangepaste opvang en behandeling van geesteszieke delinquenten. De bewustwording van de mensen is gebleken gezien het boek als een zoet broodje over de toonbank is gegaan op de Boekenbeurs in 2012 in Antwerpen waar geïnteresseerden naar het verhaal konden luisteren.

BRON: Fatik (2012) nr. 136