"Met de karwats zal het niet lukken"

Een gevangenisdirecteur van één van de Vlaamse gevangenissen stelt een gevangeniswezen
mede verantwoordelijk voor de terreur; hij klaagt al jaren aan dat het regime de radicalisering
in de hand werkt.
Mensen die langere tijd in de gevangenis verblijven worden gevoeliger voor radicalisering .
Er is voor de veroordeelde geen zekerheid over de datum wanneer iemand vrij komt.
Gevangenen worden amper gevolgd en slecht voorbereid op reïntegratie.
Het lijkt dan ook dat de instelling gemaakt is tegen de gedetineerden.
Uniforme regimes voor gevangenen is niet houdbaar; er moet een humanere aanpak komen
en meer differentiatie.
Persoonlijke begeleiding komt vaak net voor het moment dat de gedetineerde vrijkomt;
de gedetineerde voelt dit aan alsof de interesse niet oprecht is; neemt de rol aan van voorbeeldige gevangene
en komt daardoor sneller in de maatschappij terug, maar de hulpmiddelen om in de maatschappij mee te
draaien krijgt hij niet.
Hoe moeilijk de individuen ook zijn, het moet draaglijk blijven. En communicatie aangaan.
Dat is de les die een samenleving uit het werken binnen de gevangenis kan leren.
Je kunt problemen niet oplossen door contacten te verbreken.
Door te stellen dat door opsluiting het probleem van de baan is, is een illusie.
Detentie moet een gezicht krijgen in de samenleving.
Het is een gedeelte verantwoordelijkheid voor alle burgers.

Marijke Hermans in Knack 20160427,pp 9-12

Veroordeeld tot een enkelband en heel véél geduld

Enkelbanden die al in 2015 geleverd moesten worden zullen door problemen met de aankoopprocedure ten vroegste volgend jaar (2017)
in gebruik genomen kunnen worden. Intussen is een kwart van de huidige exemplaren versleten en wachten al 900 veroordeelden
op een enkelband (300 met een straf minder dan 8 maanden en 600 met een straf tot 3 jaar).
Voor een geloofwaardige justitie kan dit niet dat er geen leverancier voor enkelbanden is.
Het contract met de vorige leverancier liep af in maart 2015 , maar de aanbesteding van een overheidsopdracht blijkt erg "complex" te zijn.

Het Laatste Nieuws 20160418

 

Stempelgeld gedetineerden

Iemand die veroordeeld wordt en de gevangenis in moet, moet zelf de RVA verwittigen dat zijn uitkering moet worden stopgezet.
Iemand die in de gevangenis zit heeft normaal geen recht op een werkloosheidsuitkering.

VRT1 tt. p. 105 op 20160428 06u56

Voorlopige invrijheidstelling om medische redenen

De voorlopige invrijheidstelling om medische redenen van gedetineerde (verdachten of veroordeelden) werd tot 14/01/2016 uitsluitend
toegekend door de minister van Justitie en dit op basis van art. 97 van het algemeen regelement van de strafinrichtingen en de omzendbrief
van 24/02/1951. De (vervroegde) inwerkingtreding van de procedure tot voorlopige invrijheidstelling om medische redenen van veroordeelden ( art. 72-80 wet externe rechtspositie
veroordeelden of WERV) houdt in dat de gedetineerde zelf de aanvraag dient te doen ( tenzij hij niet meer instaat is) bij de griffie ( daarna volgens advies geneesheer en openbaar ministerie ).
Het is de strafuitvoeringsrechter die tenslotte de veroordeelden een voorlopige invrijheidstelling om medische redenen kan toekennen wanneer bij de veroordeelde vastgesteld word
dat deze zich in een terminale fase van een ongeneeslijke ziekte bevindt of vastgesteld word dat detentie onverenigbaar is met de gezondheidstoestand van de veroordeeld  (WERV art. 72)

Jürgen Miller in FATIK ( 2015 ); 32, nr. 148, p. 21-25

Wet-Lejeune even oud als omstreden

Een mens kan verbeteren; wie zich goed gedraagt in de gevangenis mag beloond worden.
En bovendien is het met het oog op re-integratie vaak beter gedetineerde begeleid in vrijheid te stellen 
( dit is de basisgedachten van de Wet-Lejeune ui 1888!! ) Het restant word niet kwijtgescholden; wie de voorwaarden schendt moet alsnog de rest uitzitten.
Met éénderde is België zowat het soepelste land van Europa*
Midden jaren '90 kwam aanvullend de Wet op de voorwaardelijke Invrijheidstelling (VI) en de invoering van de Strafuitvoeringsrechtbank (SURB) moest de 
controle garanderen.  In 2012 werd de Wet op de VI aangepast; iemand tot 30 jaar of levenslang veroordeeld moet minstens de helft van de straf uitzitten
en voor de zwaarste gevallen ( 30 jaar + TBR - Ter Beschikking Regering - of levenslang + TRB ) SURB met 5 rechters die unaniem moeten beslissen.
De regering Michel heeft opnieuw een verstrenging voorzien; een beveiligingsperiode voor de zwaarste gevallen waarbij geen VI is voorzien.

Bron De Standaard 20160330

* Wat er echter bijna nooit vermeld wordt is de uitgesproken straf (maat) door de rechter voor vergelijkbare feiten in de landen van Europa. Te melden hier dat
België zeker niet bij de meest soepele landen kan worden gerekend - eerder het tegenovergestelde!

Bron: x1 20160331